Beven voor het Woord van God was het eerste dat Mozes overkwam. Plotseling werd hij zich bewust van de kracht in zijn staf en hij rende ervoor weg - hij werd erdoor geïntimideerd. In tweede instantie pakte hij de staf beet. Door geloof greep hij de slang en het beest werd weer een staf in zijn hand. Wanneer we dus ontzag hebben gekregen voor het Woord van God, moeten we het vastgrijpen! We moeten ons stevig vastklampen aan Gods Woord. Een bepaald gedeelte uit de psalmen heeft veel in dit opzicht veel indruk op me gemaakt.
Laten zijn gunstelingen om die eer opspringen van vreugde, laten zij juichen als zij gaan slapen.
(Psalm 149:5)
De 'gunstelingen' (in de Engelse vertaling staat hier 'heiligen') zijn mijns inziens alle oprechte, toegewijde gelovigen. Het Hebreeuwse woord voor 'heilige' is 'hasid'. Misschien heb je wel eens gehoord van het (c)hassidische Judaïsme of van Chassidische Joden. Dat zijn ultra-orthodoxe Joden. Het woord 'hasid' betekent letterlijk 'iemand die beeft voor het Woord van God' of 'iemand die zich volledig aan Gods Woord heeft toegewijd'.
Laten zijn gunstelingen om die eer opspringen van vreugde, laten zij juichen als zij gaan slapen. Gods lofzangen klinken uit hun mond, een tweesnijdend zwaard is in hun hand, om wraak te oefenen over de heidenen en de volken te bestraffen; om hun koningen te binden met ketenen en hun edelen met ijzeren boeien, om het beschreven recht aan hen te voltrekken. Dát zal de heerlijkheid van al zijn gunstelingen zijn.
Dit zijn een aantal wonderlijke uitspraken die gaan over ons, die tot de 'vromen', oftewel de 'heiligen' behoren. Deze verzen vertellen ons dat we het tweesnijdend zwaard - het Woord van God - in onze hand moeten hebben, en de lofverheffingen Gods in onze keel of onze mond. Daarmee kunnen we wraak oefenen aan de volken, bestraffingen aan de natiën. Zie jij jezelf als deel van dit scenario? Realiseer je je dat God dit voor jou in petto heeft? om hun koningen te binden met ketenen en hun edelen met ijzeren boeien. Ik geloof dat hiermee onder andere de satanische vorsten bedoeld worden, die de volken regeren.
In het laatste vers staat: om het beschreven recht aan hen te voltrekken. Dit voorrecht hebben al Gods gunstgenoten.
Heb je daar ooit wel eens bij stilgestaan? God heeft ons de eer gegeven om het vonnis over de natiën te voltrekken. Ons gebedsleven zou beslist veranderen wanneer we ons hier echt van bewust werden en onszelf in dat licht zouden zien.
|