De Heer heeft ons verlost, zodat we niet langer in de hand van de vijand zijn, maar we zijn in de handen van de Heer.
Daarbij danken wij de Vader, die ons bekwaam gemaakt heeft om deel te hebben aan de erfenis van de heiligen in het licht. Hij heeft ons getrokken uit de macht van de duisternis en overgezet in het Koninkrijk van de Zoon van zijn liefde (Kolossenzen 1:12,13).
Het is een onomstotelijk feit dat God ons heeft bevrijd uit de macht van de duisternis - satans koninkrijk - en ons heeft overgebracht in het koninkrijk van Christus, 'de Zoon van zijn liefde'. Daarmee zijn we verlost en zijn onze zonden vergeven. We bevinden ons niet langer in satans territorium - en dus zijn we ook niet meer onder zijn autoriteit. De ongelovigen die Christus afwijzen, opstandig zijn en Hem niet gehoorzamen, staan onder satans wettige gezag, maar wij, gelovigen in Jezus, niet.
Het is een absolute en heerlijke waarheid dat als we ons hebben bekeerd en overgeven aan Jezus Christus, als we Hem de Heer van ons leven hebben gemaakt, dat we overgebracht worden - met ziel, geest en lichaam - van satans koninkrijk naar het koninkrijk van Christus. Dit zijn feitelijke waarheden in de onzichtbare werkelijkheid waar God woont. En we gelovigen feiten, omdat we niet langer leven vanuit ons gevoel, maar vanuit de geestelijke waarheid over ons leven. Dus als ons gevoel ons wil doen twijfelen of we wel zijn overgebracht naar het Koninkrijk van Zijn liefde, dan bedekken we ons met het schild van geloof. Het schild van geloof bedekt ieder gebied van ons leven, ook ons gevoel. Geen vurige pijl hoeft er ooit doorheen te komen met aanklacht, beschuldiging, angst, of de ontkenning dat we bij het Koninkrijk van Jezus horen (zie Efeze 6:16). |